De blaasfunctie is van veel omstandigheden afhankelijk. Gebrek aan beweging, cafeïnegebruik, roken en overgewicht kunnen allemaal van invloed zijn op de werking van de blaas. Sommige medicijnen kunnen ook aanleiding geven tot een verminderde blaascontrole. De blaascontrole kan daarnaast te lijden hebben van structurele veranderingen en beschadigingen van zenuwen of spieren als gevolg van bijvoorbeeld een ongeval of een operatie.
Zwangerschap en bevalling
Bekkenbodemoefeningen zijn goed voor iedereen, maar in het bijzonder voor zwangere vrouwen en vrouwen die kort geleden een kind hebben gebaard.
Tijdens de zwangerschap worden de spieren van de bekkenbodem zwaar belast. Tijdens de bevalling worden deze spieren opgerekt, waardoor ze zwakker worden en soms zelfs scheuren. Operatief ingrijpen tijdens de bevalling kan ook leiden tot problemen. Als vrouwen voor en na de bevalling geen bekkenbodemoefeningen (kunnen) doen, kan dat leiden tot een zekere mate van inspanningsincontinentie.
Overmatige spanning op de bekkenbodem kan ook blaas- en darmproblemen veroorzaken.
Hormonen bij dames, de prostaat bij heren
Voor vrouwen kunnen de hormonale veranderingen na de menopauze leiden tot spier- en weefselzwakte in de bekkenbodem, met een verminderde continentie als mogelijk gevolg.
Voor mannen kan de op latere leeftijd optredende prostaatvergroting leiden tot urineretentie.
Infectie
Urineweginfecties als bijvoorbeeld cystitis (veroorzaakt door een bacterie) en interstitiële cystitis (een aandoening zonder aanwijsbare oorzaak) kunnen leiden tot veelvuldig en nodig plassen, waarbij soms maar heel weinig urine kan worden geloosd.
Opslagcapaciteit
Infecties kunnen ook leiden tot een geringere opslagcapaciteit van de blaas, omdat littekens in de blaaswand de elasticiteit van de blaas kunnen verminderen. Littekenweefsel kan ook op andere plaatsen voorkomen, bijvoorbeeld ter hoogte van de blaashals; dit kan het gevolg zijn van een operatie.
Verstopte leidingen
Verstopping van de plasbuis (urethra), bijvoorbeeld door blaasstenen, kan retentie veroorzaken. Plassen kost dan grote moeite, terwijl de blaas ook kan overlopen en constant een beetje urine lekt.
Een verstopping in de dikke darm (obstipatie) kan druk uitoefenen op de blaas, waardoor deze niet goed functioneert.
Zo’n verstopping is zelden het gevolg van een tumor.
Verzakking
Van een verzakking (prolaps) is sprake wanneer een orgaan, bijvoorbeeld de blaas, niet op zijn plaats blijft. Dat kan van invloed zijn op de continentiecontrole. Een verzakking kan worden gecorrigeerd door middel van een operatie.
Chirurgie
Bij mannen kan een chirurgische ingreep in verband met prostaatvergroting leiden tot beschadiging van de urinewegen, met name van de sfincter (sluitspier) in de blaashals. Bij vrouwen geldt dat voor een hysterectomie, de operatieve verwijdering van de baarmoeder. Ook het verwijderen van bobbels en andere verstoppingen leidt soms tot blaasproblemen vanwege beschadiging van een spier of zenuw.
Zenuwbeschadiging
De blaas en de spieren die invloed hebben op de blaascontrole en de urinelozing, zijn voor de communicatie met de hersenen afhankelijk van zenuwen. Wanneer deze zenuwen of zenuwbanen schade oplopen, ontstaan er problemen. Dergelijke beschadigingen kunnen zijn veroorzaakt door een operatieve ingreep of letsel opgelopen bij een ongeval, bijvoorbeeld rugletsel. Ze kunnen ook het gevolg zijn van een ziekte die het zenuwstelsel aantast, zoals multiple sclerose.
Aandoeningen
Onbehandelde diabetes kan leiden tot incontinentie. Mensen met een chronische ziekte of een neurologische aandoening hebben ook vaak een vorm van incontinentiezorg nodig. Voorbeelden hiervan zijn onder meer: beroertes, de ziekte van Parkinson, de ziekte van Alzheimer, spina bifida en hersentumoren.
Voetnoot
Deze externe links worden geopend in een nieuw venster.
Laatste pagina-update : 16 augustus 2007
